Teruggekeerde Michael de Leeuw kijkt zijn ogen uit bij FC Groningen. 'Zo’n verschil met toen' | Interview

Michael de Leeuw.

Michael de Leeuw. Foto: Andy Zuidema

Het is zo’n vertrouwd gezicht, Michael de Leeuw in de aanval bij FC Groningen. Vijf jaar nadat hij Euroborg vaarwel zei maakt de blonde spits dit weekend zijn rentree bij de Trots van het Noorden. Toch had het muntje letterlijk net zo goed de andere kant op kunnen vallen.

Zijn zuidelijke tongval verraadt nog altijd zijn komaf. Toch voelt Michael de Leeuw zich na al die jaren evenveel noorderling als Brabander. Dat kan ook bijna niet anders. Al in 2009 kwam de blonde aanvaller over van Willem II en streek hij neer op de Langeleegte in Veendam, waar hij uitgroeide tot clubheld. Sindsdien bivakkeert hij met tussenpozen al net zo lang in deze contreien als dat hij in Dongen of, na de scheiding van zijn ouders, in Tilburg woonde.

Twee gouden stieren

Wat een mijlpalen maakte de spits in de tussentijd mee. Van de winnaar van twee gouden stieren voor topscorer en grootste talent van het seizoen 2009-2010 bij SC Veendam tot clubtopscorer van FC Groningen in 2013. Dat was eveneens het seizoen waarin hij zijn tot doelpunt van het jaar gekroonde wondergoal maakte in de met 5-2 gewonnen wedstrijd tegen NEC. Als een volleerd balletdanser nam De Leeuw de bal in de draai met zijn hak mee, waarna de Nijmeegse doelman Kalle Johnsson moest buigen. Ook in 2015 was de goalgetter erbij, toen FC Groningen met de KNVB-beker de enige prijs in de geschiedenis won.

Een paar jaar geleden betrok de op het oude nest teruggekeerde spits in een van de zuidelijke stadswijken van Groningen een fraaie woning. Zijn uit Zuidlaren afkomstige partner Karin, met wie hij al jaren lief en leed deelt, zwaait er dagelijks de scepter over het gezin. Natuurlijk zijn dochters Lizzy (3) en Loïs (1) niet meer weg te denken. ,,Wacht even hoor’’, zegt De Leeuw als de kleinste het op een brullen zet. Een koekje doet wonderen.

Wereldreizigers

Ze voelden zich allebei wereldreizigers toen ze in 2016 naar Amerika verkasten, maar in Groningen hebben ze hun plek gevonden. Al had het niet veel gescheeld of de toekomst van het gezin De Leeuw had toch in het Brabantse land gelegen. Het was letterlijk kop of munt toen ze daar in het laatste seizoen bij Chicago Fire een knoop moesten doorhakken over hun toekomstige bestemming. ,,We kwamen er niet uit.’’

De banden met beide kanten van de familie zijn goed. En hoewel De Leeuw zich al had neergelegd bij een toekomst in Groningen begon het toch te kriebelen toen hij zag hoe de kinderen van zijn broertje Jeroen opgroeiden met opa en oma en de rest van de familie in de directe nabijheid.

‘Nederland is klein’

,,Ineens was daar het besef’’, vertelt de voetballer. ,,Dat wilde ik ook. Ik wilde mijn neefje zien opgroeien en wilde andersom dat mijn familieleden mijn kinderen ook groot zagen worden. Nederland is klein, maar Tilburg is toch twee, tweeëneenhalf uur rijden van Groningen. Dat doe je niet zomaar wekelijks. Ik wilde ook op de fiets kunnen stappen om spontaan bij mijn vrienden even een bakkie te doen. Dat soort dingen.’’

Een spelletje leek de eerlijkste manier om een beslissing te forceren, al stuitte dat eerst nog op verzet van mevrouw De Leeuw. ,,Want ik win meestal alle spelletjes’’, klinkt het schuldbewust uit de mond van de voetballer. Met het puur van geluk afhangende kop of munt ging partner Karin uiteindelijk akkoord. Besloten werd om op zeven achtereenvolgende dagen het muntje op te gooien. De stand werd bijgehouden op de koelkastdeur. Het werd uiteindelijk 4-1 voor Groningen, al kwam De Leeuw nog wel op een 1-0 voorsprong. ,,Die dag had ik eigenlijk al besloten dat het hoe dan ook Groningen zou worden. Karin werd zo chagrijnig en verdrietig van die 1-0 in het voordeel van Brabant. Ik had het nooit over mijn hart kunnen verkrijgen.’’

Maximale inzet

Dus ligt zijn toekomst hier. Misschien wel als trainer als straks zijn actieve carrière erop zit. De aanvaller heeft zijn eerste diploma al op zak en trainingscomplex Corpus den Hoorn ligt op fietsafstand. Maar eerst wil De Leeuw zijn waarde nog uitbetalen in zoveel mogelijk doelpunten voor FC Groningen, net als toen. Vanaf het moment dat hij zich bij de selectie van Danny Buijs voegde, is de oefenmeester laaiend enthousiast over hem. De maximale inzet die De Leeuw te allen tijde levert valt in de smaak. Immer gaat hij voorop in de strijd. Maar ook zijn ervaring blijkt goud waard voor de jonge ploeg. De positie van diepste spits en aanvalsleider was vanaf het begin van de voorbereiding een zekerheidje. Daar stond zijn naam.

De Leeuw op zijn beurt keek zijn ogen uit bij FC Groningen. De Trots van het Noorden leek in bijna niets nog op de club die hij in 2016 achterliet. ,,Het is allemaal zoveel professioneler geworden. Zowel qua accommodatie en faciliteiten als qua structuur, het dagelijkse ritme en de mentaliteit binnen het team en de club. Het is een enorm verschil in vergelijking met mijn eerste periode.’’

Topsportmentaliteit

De Leeuw merkt ook dat je als nieuwkomer in de selectie heel snel in de heersende topsportmentaliteit wordt meegezogen door de spelersgroep. ,,Ik was altijd gewend om me individueel voor te bereiden op een training. Hier doe je het met zijn allen. Een half uur voor de training gaan we aan de slag. Rekken, infietsen, warm worden. Na de training hetzelfde ritueel. Belangrijk om de afvalstoffen en melkzuren af te voeren. Heel normaal eigenlijk als je erover nadenkt, zeker op mijn leeftijd. Toch gaat het bij andere clubs niet zo. Dan houd je een minuut of twintig de bal hoog en begin je met trainen. Het is voor het eerst dat ik het zo meemaak.’’

De Leeuw streed vorig seizoen nog tot de laatste dag met FC Emmen voor lijfsbehoud in de eredivisie. Hij had een mooie tijd met trainer Dick Lukkien in Zuidoost-Drenthe. Degraderen deed pijn, maar het boek is dicht. ,,Natuurlijk had ik op een andere afloop gehoopt. Daar heb ik ook alles aan gedaan. Ik kan mezelf niets verwijten.’’

Zware kater

Natuurlijk was er de zware kater in de weken na de degradatie. ,,Ik heb er enorm van gebaald. Je krijgt toch het gevoel dat je de club en de supporters in de steek laat, maar nu ik er met wat meer afstand naar kijk, kan ik het relativeren. Er is gewoon heel veel misgegaan tijdens het seizoen. We hadden het eerste half jaar geen goede basis, veel te weinig diepte in ons spel. Dat is in de winterstop gerepareerd, maar dat was met de wetenschap van nu te laat. Toch vind ik dat ik persoonlijk het niveau heb gehaald waar ik voor sta, wat men van mij kan verwachten. Ik heb nooit verzaakt, kan mezelf recht in de spiegel aankijken.’’

Bij FC Groningen is waarschijnlijk het laatste hoofdstuk van zijn carrière begonnen. Zoals gezegd was zijn basisplaats vanaf het begin van de voorbereiding onomstreden. De vraag is alleen nog met wie hij het fijnste koppeltje vormt. Hij deed het in de voorste linie smet Romano Postema, met Patrick Joosten en Jörgen Strand Larsen, met Tomas Suslov en Cyril Ngonge.

Samen op de brommer

,,Voor alle opties valt wel iets te zeggen’’, vindt De Leeuw. ,,Het zijn allemaal andere types. Romano en ik zijn wel redelijk hetzelfde. Allebei opportunistisch. We zitten samen op de brommer, knokken voor elke bal. Maar met Joosten en Strand Larsen ging het tegen Racing Genk ook lekker. En met Suslov en Ngonge heb ik ook een klik. Ik kan eigenlijk met iedereen wel goed samenspelen. Ik weet wel dat dat het meest politieke antwoord is, maar het is gewoon echt zo. Uiteindelijk moeten we elkaar in onze kwaliteiten zien te benutten. We zijn in ieder geval heel veelzijdig voorin. Ik kan bij alle medespelers mijn individuele kwaliteiten kwijt. De aanvallers matchen allemaal wel met elkaar, waarbij ik mezelf heel comfortabel voel als diepste spits. Ik kom graag vaak voor de goal.’’

Waar het allemaal toe gaat leiden? ,,Ik verwacht dat we de lijn van vorig seizoen kunnen doortrekken en dat we voor de play-off-plaatsen gaan. Dat moet toch sowieso de doelstelling zijn van een club als FC Groningen? Dat is de laatste jaren nooit anders geweest. Voor mezelf wil ik natuurlijk graag mijn goaltjes meepikken en belangrijk zijn voor het team. Ik hoop dat we sterk aan de bal zijn en veel kansen weten te creëren. Dan is het een feest voor aanvallers als ik. Ik heb er enorm veel zin in, kijk ernaar uit. Van mij mag de bal gaan rollen.’’